Kenmerken Rasteau wijn

Een sleutelelement dat het karakter van de zuidelijke Rhônewijnen bepaalt, is de mistralwind die van noord naar zuid door de vallei blaast en die dikwijls erg hevig is. Hij vindt zijn oorsprong in het drukverschil tussen noord en zuid en haalt gemakkelijk snelheden in de buurt van honderd kilometer per uur. Voeg daar seizoenregens aan toe, de soms tropische warmte en periodes van uitzonderlijke zonneschijn, en je weet wat er bedoeld wordt met het “wat wilde karakter” van de Rhônewijnen.

Daarnaast is ook de zeer gevarieerde bodem één van de grote troeven van de AOC Rasteau, waaraan de wijnen hun kracht en tegelijk elegantie, en ook hun breed aromatisch palet ontlenen. Sommige terreinen zijn klei- en kalkhoudend, anderen hebben dan weer mergel of rode kleigrond op zandsteen als basis. Vele percelen zijn bedekt met kiezels, niet onbelangrijk voor het rijpingsproces van de druiven. Deze keien slaan overdag de zonnewarmte op en geven die ‘s nachts weer af waardoor de concentratie van de druiven wordt bevorderd.

De beste wijngaarden liggen op 300-400 meter. De wortels van deze wijnstokken moeten diep op zoek gaan naar grondwater en maken daardoor contact met diverse grondlagen en voedingsstoffen wat bijdraagt tot de hoge kwaliteit van de druiven. Bovendien zijn de nachten hier koeler dan op de vlakten en kunnen de druiven hun suikers en zuren dus evenwichtiger opbouwen.

Een derde sleutelelement, naast mistral en stenigheid, is de druivensoort Grenache, die goed bestand is tegen wind en droogte. De rode Rasteau wijnen moeten minimaal 50% Grenache noir bevatten en minimaal 20% Syrah en/of Mourvèdre. Rasteau wijnen zijn geconcentreerde en karaktervolle wijnen met doorgaans stevige tannine, die in goede oogstjaren gemakkelijk tien jaar bewaard kunnen worden.